Maatlatten
Hier bespreken we de diverse maatlatten die de basiscomponenten vormen voor het beoordelen van risico op slechte waterkwaliteit. Het risico op een bepaalde vorm van slechte waterkwaliteit leggen we vast in de vorm van een weging over de verschillende componenten.
Bijvoorbeeld:
- risico_kroos = (1 * doodlopendheid + 1 * 2 * zevendaagse_overschrijdingstemperatuur) / 3
In dit voorbeeld heeft de watertemperatuur een wegingsfactor van 2 en de doodlopendheid een factor van 1. Omdat iedere maatlat tussen 0 en 1 scoort krijgt ook het risico een waarde tussen 0 en 1:
- 0 definiëren we als laag risico en
- 1 definiëren we als hoog risico
De watertemperatuur is een van de belangrijkste factoren bij het risico op slechte waterkwaliteit. Om de Klimaatatlas te kunnen configureren met de juiste rekenregels hebben we daarom diverse temperatuurfuncties bepaald.
Als temperatuurindicator voor Kroos is door Bruce Michielsen een basistemperatuurreeks opgesteld voor haarvaten/sloten. In deze basisreeks is de dagelijkse maximale temperatuur als functie van de tijd uitgezet. Vervolgens is een correctie opgesteld voor waterdiepte. Uit de hieruit volgende reeksen hebben we de temperatuur afgeleid waarvoor geldt dat gemiddeld ééns per jaar gedurende 7 aaneengesloten dagen die drempelwaarde wordt overschreden.
Dit resulteerde in de volgende formule:
-
(klimaatscenario 2014) -
(klimaatscenario 2085)
(voor scenario 2085 hebben wij pragmatisch 3.7 graden opgeteld bij de gehele reeks; gebaseerd op de prognoses van KNMI voor de luchttemperatuur)
Waarin:
- x = waterdiepte (m)
- y = temperatuur die gemiddeld ééns per jaar gedurende 7 aaneengesloten dagen wordt overschreden.
De hieruit voortvloeiende temperatuur kunnen we beoordelen aan de hand van de volgende groeicurve voor kroos:
Het resultaat verwerken we in de maatlat 'temperatuur voor kroos'. Te oordelen aan de grafiek ligt het groei-optimum voor kroos zo rond de 28 graden. Daarom krijgt de temperatuur van 28 graden in de maatlat de waarde 1 toegekend. Onder de 15 graden stopt de groei. Daarom krijgt de temperatuur van 15 graden de waarde 0 toegekend. Ook boven de 28 graden loopt de groei weer terug. Daarom krijgt ook de waarde 35 graden de waarde 0. Tussen deze drie waarden in wordt in de maatlat lineair geïnterpoleerd.